70: 22 april: van Monterosso naar Telegrafo
De Alta Via dei Cinque terre
Het is ’s morgens zwaar bewolkt, onze meteo zegt dat het pas ’s avonds gaat regenen. Eerst maar eens ontbijten in ons dure hotel: lekker, maar niet echt gezellig. Je moet op een aangewezen plek zitten, je mag niet met blote voeten de eetzaal in!
(niet ons idee om dat te doen, maar van een Deense vrouw, die eerst maar eens slippers moet gaan halen!)
We gaan om half negen met het pendelbusje naar het dorp. Lopen langs de kade naar het andere stuk van het dorp, een stukje door een tunnel die nu vooral voor voetgangers is. Verderop in het dorp een kruidenier. Er zijn ook twee vrouwen uit Leiden, samen proberen we uit te leggen wat Groningen is: een stad en een provincie. Broodjes, echte perziken en namaak perzikhapjes, vlees, broodjes. Al gauw gaat de weg omhoog, over de eerste 7 km klimmen we 800 m. Een gemeentewerker is net het pad aan het maaien, jammer van de bloemen maar wel makkelijk lopen. En dan begint het te regenen. Het blusvliegtuig, dat vanuit zee verderop in de bergen zijn water brengt gaat evengoed door met water halen. Het regent gestaag, na even wachten onder een boom besluiten dat we in elk geval naar het heiligdom lopen. We komen langs een rare gal onderaan een cistusroos. Als we in de buurt van het heiligdom komen, horen we jongeren: er is een herberg bij, daar zullen ze wel overnachten. Was een mooie plek geweest voor ons.
De kerk is erg mooi. Er hoort een verhaal bij over een beeld van Maria dat niet naar het dal wilde, het is een heel mooi Mariabeeld. In de vloer zie je de omtrek van een veel oudere kerk. We zijn ontroerd.
Eerst maar eens koffie en een stuk taart, denken over of we verder kunnen in de regen. Pad is ok, dus we gaan gewoon.
Een stukje langs de doorgaande weg, maar daarna over de Alta Via dei Cinque Terre. Uitstekend aangelegd en onderhouden. Helaas alweer weinig zicht, maar we lopen lekker, weinig hoogteverschillen. Ook weinig wandelaars, als je bedenkt hoe druk het daaronder is. Het is toch niet saai, want de weg loopt aan beide kanten, soms net onder de kam, soms wat lager. En er zijn regelmatig gekke dingen te zien, zoals het houten beeld waar we lunchen.
We zien narcissen, uitgebloeide hondstand, mooie viooltjes, rare paardebloemen. Er zou een menhir zijn. Met moeite vinden we hem, er staat geen verwijzing, maar toevaliig ligt er een herdenkingsmonumentje aan de weg, waardoor we naar links kijken. Gelukkig staat er wel menhir op, dus het zal hem wel zijn. Dan klaart het op en kunnen we toch nog de zee zien vanaf boven.
We dalen af naar Telegrafo. De zoveelste Telegrafo, ik zoek het na en zie dat er in de achttiende eeuw netwerken van telegrafentorens zijn gemaakt, om met vlaggen signalen door te geven. Dan zullen die bergen toen wel kaal zijn geweest.
Vanaf Telegrafo moeten we 250 m naar beneden naar ons hotel: lopen of met de bus? De bus is net weg, er gaat een bus om zeven uur. Eerst maar wat drinken in het cafeetje. Leuke mensen, handgeschreven prijslijst. Ik kan me voorstellen dat het hier bij goed weer druk is. Nu ligt de speeltuin er verlaten bij. Er is wel een pad naar beneden, staat aangegeven. Proberen maar, we kunnen er anderhalf uur over doen en dan zijn we er nog eerder als de bus.
Het is steil, flink steil maar wel te doen, het eerste stuk pad, dan een trap. Niet erg onderhouden, maar we komen er wel. Dan lijkt er een railing van een traplift bij te komen. Als we onder aan de weg zijn blijkt dit een druiventransport systeem te zijn, want met een auto kan je hier niet omhoog.
We lopen de 300 m naar het hotel Due Gemelli langs de weg. Het hotel ligt tegen de berg, onze kamer is vier verdiepingen omlaag, maar ook het restaurant ligt een verdieping onder de weg. Fantastisch jaren zestig / zeventig gebouw, veel in originele staat. Heel ruime kamer, met de deuren open kijk je over je voeten naar de zee in de verte. We nemen weer eens het hele menu. De zeebaars van de secundi piatti is zo groot dat ik het niet op kan, Frank gelukkig wel. Ik kijk met verbazing hoe aan twee tafeltjes enorme hoeveelheden wijn in noodtempo worden opgedronken. Liever in hun lijven als in het mijne.
In totaal 21 km, 1150 m op, 900 neer, 90% wandelpaden.