16 mei Assisi naar Spello

De eerste wandeldag is meteen een forse klim: 900 meter omhoog en 1000 omlaag. Een test voor ons uithoudingsvermogen en voor alle materialen. Het appartement ligt vlakbij het startpunt van de route, dus zo naar de poort van de stad. Meteen flink klimmen, in het bos bijna meteen de eerste orchidee! Dus ze zijn nog niet uitgebloeid. Het pad is makkelijk te lopen, alleen stijgt het flink door. Na anderhalf uur komen we bij het eerste Franciscaanse klooster, de kluizenarij. Daar kan je ook gewoon per busje heen, een groep Duitse pabo leerlingen houdt een kringgesprek op de binnneplaats. We lopen er toch maar door naar de kapel. Mooi. Gelukkig is er ook een kiosk met koffie.

Dan de echte berg op, de weg loopt mooi door een rivierdal omhoog in het bos. Er hangen alleen wel wolken boven ons hoofd en we komen wat in de mist. Dan een mooie bergwei, met prachtige flora en geleidelijk ook mooi zicht. Dus de optie lagere weg hoeven we niet te nemen. We passeren stallen en zien dan verderop een grote groep paarden met veulens. Die kunnen lekker narcissen en orchideeën eten, want die staan er volop. Anne moet wennen aan moeder en zus die steeds maar stilstaan om bloemen te fotograferen, terwijl zij alle beesten goed bekijkt en toespreekt. Helemaal gelukkig lopen we naar het hoogste punt.

De fietsers van de Giro, met Tom Dumoulin, moeten zich intussen onder ons in het dal verzamelen, maar daar is, behalve één helikopter ver weg, niets van te merken.

Na het passeren van de speciale doline op de berg eten we bij waterbakken, met zicht op de Appennijnen naar het oosten. Vandaar gaat het bergafwaarts, steeds maar door. Een paar stukken lopen wat minder lekker omdat je erg schuin op de berg stapt, maar het pad is prima te vinden. Bij een bron tappen we water. Dan een lang stuk door het bos, we worden wel wat moe. In de verte, richting Spoleto, beginnen de onweerswolken groter te worden.

Wij dalen over een stuk open land naar Spello. Net als we binnen de muren zijn, begint het te druppelen. Flinke regen, maar wij zijn droog. Tijd om uit te rusten en een restaurant te vinden. Niet alles is open, we eten lekker in een drukke taveerne.

Hier bijna alle soorten orchideën van de eerste dag plus nog wat andere mooie bloemen: wat een genot!